Eén van de grootste zorgen die je als presentator op een conferentie elke keer weer kan kwellen is de vraag: "Werkt het allemaal?"
Er zijn momenten dat alles tegen lijkt te zitten. Uw blogger vertrok vanochtend welgemoed van huis, bij het krieken van de dag, want files en zo, en opnieuw had de organisatie van dit congres in haar ondoorgrondelijke wijsheid besloten om als plaats delict Veldhoven uit te kiezen, u weet wel, die plaats waar van de week een enorme bende criminelen is opgerold. Blijkbaar hebben deze lieden ook banden gehad met de wegenbouw-maffia, want zoals gewoonlijk bleek dit oord schier onbereikbaar.
Ondanks de goed bedoelde aanwijzingen van mijn TomTom-juffrouw, belandde ik met verhit gemoed ongeveer op de landingsbaan van Eindhoven Airport, moest ik gelijk een terreinwagen enige wegbermen nemen om weer op het goede spoor te geraken, om vervolgens van haar te vernemen dat ik nu de linkerbaan op de snelweg moest aanhouden waar geen snelweg was.
Uiteindelijk belandde ik na twee uur rijden in Best, ooit uitgeroepen tot crimineelste stad van Nederland, totdat Veldhoven blijkbaar die positie overnam.
Ik heb toen in opperste wanhoop maar aan juffrouw TomTom opgedragen snelwegen te vermijden, en zo belandde ik toch nog in het congrescentrum, waar natuurlijk het draadloze internet uit de lucht was, ondanks een nacht doorsleutelen door een bedrijf waarvan ik nu uit piëteitsoverwegingen de naam niet zal noemen.
Twitteren via mijn geliefde iPhone bleek ook een moeizaam gebeuren, maar op het moment van schrijven is dat inmiddels iets verbeterd. Ik heb gemerkt dat op het tweede herentoilet in de afdeling rood op de eerste etage de ontvangst vrij redelijk is. Ik kan dus iedereen aanraden daar heen te gaan.
Mijn eerste workshop - ik ben zelf pas donderdag aan de beurt - werd gegeven door een persoon die met behulp van enige techneuten met de moed der wanhoop aan het opstarten van de presentatie bezig was. Dit werkte niet, dat werkte niet, en toch nog zó geprobeerd en getest, u kent dat wel. De techneut zat zwetend over de bekabeling gehurkt, daarbij de aanwezigen een ruime blik op diens bouwvakkersdecolleté gunnend.
Het kan wat dat betreft altijd erger: ik heb ooit eens een presentatie mee mogen maken die gegeven werd door een dame van in de vijftig, nogal mollig postuur, die het gepresteerd had een soort naveltruitje aan te trekken. Vijfitig minuten lang bleven de aanwezigen gebiologeerd naar die tussen diverse rollen vermoede navel staren, van aandacht was zij dus absoluut verzekerd, zij het enigszins misplaatst. Het had in dat geval ook totaal niet uitgemaakt of het internet nu wel of niet gewerkt had, iedereen was toch op zoek naar die navel.
Goed, morgenochtend is het dus mijn beurt, en mag ik live gaan twitteren voor de hopelijk in grote getale aanwezige digibeten. Alles lijkt goed te gaan. Het internet werkt nu, met dank aan de alom aanewezige en behulpzame technici en ik heb ook geen naveltruitje aan. Het kan gewoon niet meer mis gaan. U hoort nog!
woensdag 14 april 2010
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten